Wachtverhalen8

Een deel van het collectief werkte onder begeleiding van Saskia De Coster aan een wachtverhaal – een onderzoek naar de betekenis, zinnigheid en invulling van wachten. De wachtteksten worden verspreid op plekken in Kortrijk waar we onvermijdelijk wachten – aan de kassa van de supermarkt, in een wachtzaal, bij een bushalte … Met dit traject willen we poëzie in het stadsleven brengen, mensen aanzetten om te vertragen, bewust te wachten, te midden van de drukte.

Waarvan mijn slaappillen wakker liggen

als ik ’s avonds niet kan slapen

ben ik bang om dood te gaan

want elke seconde verder

is een seconde dichter

 

bij nooit nog

naakt verwijten schrijven op mijn aangedampte spiegel

zodat die niet naar onschuldige buschauffeurs worden geslingerd

als teken van maatschappijmoeheid

 

bij nooit nog

mijn lichaam door lege huizen zwieren

ik zou aan de lampenkappen kunnen hangen als versiering

mijn zusje wordt toch binnenkort achttien

 

bij nooit nog

plannen om de trein te nemen met een richting, geen bestemming

onderweg een picknickmand samenstellen

en een kassierster van de Albert Heijn overtuigen om mee te gaan

bij nooit nog

met meer gat dan sok naast het rode badmatje staan

en zonder bril in de spiegel kijken

onscherp ben ik het meest tevreden

 

bij nooit nog

slapen in maaltafels van twee

kwartierkakjes kweken

geiten verleiden

 

nooit nog

uitzinnigen

vanafglijden

doodknuffelen

 

nooit nog

 

slopen aarden waden

mokken bekken vitten

 

nooit nog

 

adem in adem uit

adem in

adem uit

spoel terug

recht je rug

nu is nu

 

waarin ik mij aan mensen vastklamp

net als mijn sleutels knuffelen in elkaars ringetje

 

nadat mijn ouders dat deden aan elkaar

en de ouders van mijn ouders

en hun grootouders die ouder wilden worden

 

nadat de dieren leerden spreken

en de aarde begon te aarden

rond onze ster in ons sterrenstelsel

 

na het ontstaan van de Melkweg

daarvoor was ook de Melkweg weg

een grote bijna leegte, de oerknal

 

knal

en daarvoor was er niets

het iets waarin ook het mijne zal verdwijnen

Over de kunstenaars

Leonie De Clercq & Merel Van de Casteele

Leonie De Clercq

Leonie De Clercq (°2004) pendelt tussen Wevelgem en Leuven, waar ze fysica studeert en creatief schrijven volgt aan het conservatorium. Als kind fantaseerde ze over een leven als prinses, leerkracht of boerin. Momenteel wil ze graag een schrijvende wetenschapper worden. Naast haar nieuwsgierigheid voor het allergrootste en het allerkleinste, krijgen haar eigen herinneringen een prominente rol in haar poëzie.

Merel Van de Casteele

Merel Van de Casteele (°1995, Kortrijk, Belgium) woont en creëert in Kortrijk. In 2017 behaalde ze haar master aan de Luca School of Arts.
'Mijn werk is een interactie tussen tekenen en sculptuur, de gelaagde relatie tussen mens, object en omgeving verkennend. De cluster van beelden en objecten komt samen in een wereld van kennen en herkennen, waar ze, door hun installatie en plaatsing ten opzichte van elkaar, steeds veranderende vragen belichamen.'